Van de redacteur
Niet bepaald een teken van kracht wanneer je als oud-redacteur op herhaling gaat. Maar ja, de aanstormende jeugd bestaat niet meer in de filatelie. Ook bij het bridgen houdt het niet over, trouwens. Of dat erg is? Welnee, zolang degenen die hun liefhebberij koesteren er maar plezier in hebben. Trouwens, bij het Maandblad Filatelie is er nog niet zo lang geleden een jeugdige redacteur aangetreden die toevallig ook bij ons lid is. En ook bij andere gespecialiseerde verenigingen is sprake van een bescheiden aanwas van jongere verzamelaars. Niet meer zo jong als toen wij begonnen, maar dat maakt niet uit. Zolang er maar van tijd tot tijd nieuw bloed bij komt.
Een redacteur op herhaling is dus gewoon een ‘tussenpaus’. Die neemt waar totdat nieuw talent zich meldt. Verzamelen zit de mensen nu eenmaal in het bloed, dus komt er ook weer een keer nieuw talent in beeld. Niet meer in de aantallen die voorheen vanzelfsprekend waren, maar ook hier geldt: ‘Kwaliteit gaat boven kwantiteit’. Verzamelen blijft dus wel bestaan. Zoals wild als het was toen al die gespecialiseerde verenigingen werden opgericht in de jaren zestig van de vorige eeuw kunnen wij ons nu nog nauwelijks voorstellen. In 1984 kende de CFV zijn grootste aantal leden: 350 om precies te zijn. In 1984 kenden we ook het nationale filateliefeest ‘Filacento’ waarvoor nog een speciale postzegel werd uitgegeven. In 1967 was er de ‘Amphilex’. Dat was een zeer sterke periode in de filatelie.
Na de ‘Filacento’ liep de belangstelling bij alle verenigingen gaandeweg achteruit als gevolg van verleidelijke concurrentie om je tijd anders te kunnen besteden. Zouden wij in die aantallen in onze jeugd postzegels zijn gaan verzamelen als er toen internet beschikbaar zou zijn geweest? Verzamelen trekt een bepaald soort mensen. Mensen die zich in een onderwerp willen verdiepen en die de rust van de beschouwing zoeken. Die blijven er altijd. Wanneer je in het verleden onderzoek wilde doen, was je afhankelijk van de welwillendheid van conservatoren van collecties. Wilden zij tijd vrij maken voor je vragen?
Tegenwoordig kun je van achter je bureau in de archieven kijken van de landen die je verzamelt. Overschrijven van voorgangers is niet meer nodig en wordt ook niet meer getolereerd. Publicaties worden steeds beter. Het internet is een grote bron van hulp bij het verzamelen geworden. En dat is alleen maar goed. Kwalitatief staat de filatelie er beter voor dan ooit. Nu nog wat meer liefhebbers.
In deze aflevering van het MB sluit Julie Morriën voorlopig haar hoogstaande serie over Palissy af, terwijl ‘good old’ Jan Walschots ons de komende MB’s gaat vermaken met een serie over Georges Duval. Die ontwerper heeft nog nooit een behoorlijk podium in het MB gehad, terwijl de port-emissies die hij op zijn naam heeft staan elke Frankrijk-verzamelaar bekend zijn en die maar liefst 66 jaar verkrijgbaar zijn geweest (1881 – 1947). Vreemd eigenlijk voor iemand die zulke belangrijke emissies op zijn naam heeft staan. Of zou het gebrek aan belangstelling komen door de altijd wat mindere liefde voor portzegels ten opzichte van ‘usage-courant’- en bijzondere zegels?
Dick Meiners laat ons kostelijke beelden zien van zijn bezoek aan de ‘Salon Philatélique’ van afgelopen voorjaar ‘so wie es immer war’. Uiteraard worden we ook weer op de hoogte gehouden van wat zich in het buitenland afspeelt door Hans, terwijl Ran ons weer enkele nieuwe uitgiften voortovert en kunnen we weer genieten van een prachtige clubveiling. ‘Quoi désirer en plus?’
Edwin Voerman